Persbericht: Kiezen in de zorg: keuzevrijheid kan soms kiesplicht worden
Keuzevrijheid voor de consument is een van de pijlers van het nieuwe zorgstelsel. Deze past bij de positie van de consument als krachtige partij in een door vraagsturing geordend stelsel. Keuzevrijheid heeft voor de consument voor- en nadelen. Daarover gaat de verkenning van het Centrum voor ethiek en gezondheid (CEG) “Over keuzevrijheid en kiesplicht”, die op 14 november jl. is verschenen. Tijdens een bij gelegenheid van de presentatie gehouden debat wisselden deskundigen uit de zorg, de politiek en de wetenschap met elkaar van gedachten over de mogelijkheden en onmogelijkheden van kiezen in de zorg.
Geen patiënt is gelijk. Voor de chronische patiënt is keuzevrijheid de manier om met een beperking toch maatschappelijk actief te kunnen zijn en de zorg zo goed mogelijk daaromheen te organiseren. Een ander is daar helemaal niet aan toe; die kiest een zorgpolis en laat zich vooral leiden door de prijs. Er is een duidelijk verschil tussen ‘gezond kiezen’ en ‘ziek kiezen’. De waarden die voor een zieke gelden bij diens keuze zijn andere dan de waarden van de gezonde consument die een polis uitzoekt. In alle gevallen is informatie nodig; het aanbod moet transparant zijn. Dat is nu nog lang niet altijd het geval.
Bovendien is er een aanzienlijke groep voor wie kiezen te gecompliceerd is. En weer anderen kiezen niet, omdat ze niet gewend zijn dat in die mogelijkheid wordt voorzien.
In de verkenning komt ook de spanning aan de orde tussen het ideaal van de mondige consument die rationeel kiest op basis van feitelijke informatie aan de ene kant en aan de andere kant de zorgsector, waar veel beslissingen gepaard gaan met emotie, en afhankelijkheden vrije keuze in de weg kunnen staan.
Maar denk ook aan de spanning tussen kiezen als vrije, misschien zelfs wel calculerende consument, voor een zorgpolis op basis van prijs en kansberekening, en de solidariteit tussen arm en rijk, ziek en gezond, die ons verzekeringsstelsel van oudsher kent.
Of neem de keuze voor de prenatale tests. In de praktijk blijkt dat naarmate de uitslag ongunstiger is, het gevoel van keuzevrijheid meer gaat ontbreken. Daarvoor in de plaats komt ‘keuzestress’.
Kortom, kiezen is in alle gevallen iets anders. Omdat geen consument of patiënt of situatie hetzelfde is. Kiezen is een instrument, dat de ene keer goed uitvalt, en de andere keer meer risico’s heeft dan voordelen. Dan kan keuzevrijheid omslaan in kiesplicht.